top of page

2. Waarom de geïntegreerde werking realiseren in het Buitengewoon         Onderwijs van KBO?

In het Buitengewoon Onderwijs van Oudenaarde opteren we voor een geïntegreerde werking tussen het basisaanbod/ type 8 en type 9.

 

Het basisaanbod/ type 8 is volgens het wettelijk kader:

 

“Voor kinderen voor wie de onderwijsbehoeften dermate zijn en voor wie al tijdens het gewoon kleuteronderwijs of tijdens het gewoon lager onderwijs aantoonbaar blijkt dat de aanpassingen, waaronder remediërende, differentiërende, compenserende of dispenserende maatregelen ofwel disproportioneel, ofwel onvoldoende zijn om de leerling binnen het gemeenschappelijk curriculum te kunnen blijven meenemen in een school voor gewoon onderwijs”.

Kortom voor kinderen voor wie het in het gewoon onderwijs te snel gaat en voor kinderen die meer ondersteuning nodig hebben dan wat er aangeboden wordt in gewone scholen.

Het type 9 is volgens het wettelijk kader:

 

“Voor kinderen met een autismespectrumstoornis en die geen verstandelijke beperking hebben (IQ hoger dan 60).

Kinderen met een autismespectrumstoornis zijn kinderen bij wie op basis van gespecialiseerde, door een multidisciplinair team aangeleverde diagnostiek, met inbegrip van psychiatrisch onderzoek, een van de volgende problematieken wordt vastgesteld:

a) de autistische stoornis;

b) een pervasieve ontwikkelingsstoornis niet-anders-omschreven.

 

Kortom voor kinderen met autisme die in hun leerproces geblokkeerd geraken net omwille van dat autisme.

Er zijn nogal wat gelijkenissen tussen de concrete werking van type basisaanbod/ type 8 en de werking type 9:

 

  • Er worden gelijke doelen nagestreefd voor de leerstofonderdelen:

* Nederlands, Taal en Communicatie

* Wiskunde

* Leren leren

* Lichamelijke Opvoeding - Motorische ontwikkeling

* Muzische vorming

* Wereldoriëntatie

 

 

Er zijn ook duidelijke verschillen tussen de concrete werking van type basisaanbod/ type 8 en de werking type 9:

 

  • Er worden andere doelen nagestreefd voor socio- emotionele ontwikkeling.

Dit komt omdat kinderen met ASS vooral op sociale en communicatieve domeinen specifieke onderwijsbehoeften hebben.

De onderwijsbehoeften van lln. type basisaanbod/ type 8 en lln. type 9 zijn naast voorgenoemde leerdomeinen ook vaak functioneel.

 

Functioneel is ‘op een realistische manier verder bouwen op de ervaringen en mogelijkheden van iedere leerling, rekening houdend met de toekomstverwachtingen’.

 

Bij functionele doelen stellen we de vraag: “Wat we vandaag doen, is dat betekenisvol voor dit kind? Staat het in functie van de naaste ontwikkeling van dit kind en in functie van de toekomstperspectieven voor het kind? Wat is het kind met wat het leert? Waarom moet het kind dit leren?

 

Enkele voorbeelden:

* Rekenen in en om de woning, rekenen in de keuken.

* Reizen met tram, bus en trein, hoe doe je dat?

* Meten en wegen.

* Iets kopen, hoe doe je dat?

* Telefoneren, hoe doe je dat? Hoe gebruik je je gsm? Welke nummers zijn belangrijk? Adressen?

* Zich op een veilige manier met de fiets begeven in het verkeer.

* Procentberekening …

Ook aan deze functionele doelen kan samen gewerkt worden.

 

* Blijft belangrijk dat elk kind, ook in een geïntegreerde werking, individueel gevolgd wordt. Bijvoorbeeld ook kinderen met meer mogelijkheden hebben recht op onderwijs in de zone van hun naaste ontwikkeling. Ze krijgen leerstof op maat en krijgen zo de kans om verder te ontwikkelen.

bottom of page